Lezing over een bijzondere plant uit de Kruidentuin

Woensdag 6 april vond in het Gruithuis een lezing plaats over een bijzondere plant die groeit in onze Kruidentuin aan de Ellestraat: de meekrap (Rubia Tinctoria).
Als bestuur van Arent thoe Boecop waren we heel blij met de nieuwe beamer en het nieuwe scherm waardoor we onze lezingen nog beter kunnen visualiseren.
De heer Dig Keur, afkomstig uit een oud geslacht van meekraptelers, vertelde over de manier waarop zijn familie eeuwenlang in Zeeland meekrap teelde. Deze planten worden geoogst en hun wortels worden dan verwerkt om een rode verfstof van te maken. In het midden van de 19e eeuw kende de meekrapteelt een hoogtepunt met wel 700 miljoen planten. Men noemde de verfstof ook wel ‘het rode goud’.
De wortels van de plant werden geoogst met de hand en daarna gedroogd in een zogenaamde meestoof. Na het langdurige proces van drogen werden de wortels gestampt in een rosmolen. Dat was een molen die aangedreven werd door een paard. De stof ging dan in vaten en deze werden op de beurs verhandeld. Met de verfstof werd niet alleen kleding geverfd maar het werd bijvoorbeeld ook gebruikt voor beelden en pilaren in kerken, voor friese klokken en boerenzakdoeken. In 1868 werd in Duitsland een synthetische verfstof uitgevonden en dat betekende het begin van het einde van de meekrapteelt. Tegenwoordig is de natuurlijke verfstof weer populair.
In St. Annaland en Bruinisse kun je in de plaatselijke Oudheidskamers de geschiedenis van de meekrapteelt volgen.

U dient ingelogd te zijn om het gehele bericht te lezen. Nog geen account?Inloggen

Inschrijven